Ik ben zo opgegaan in het boek dat ik geen moment meer heb stilgestaan bij de tijd en omstandigheden. Mijn rammelende buik roept mij echter ineens weer terug naar het huidige moment en als ik op de klok kijk, blijkt het achttien over één te zijn. Bijna twee uur lang heb ik hier in het hoekje van de bank zitten lezen in dit bijzondere boek. Als ik opsta voel ik dat mijn benen helemaal stijf en stram zijn geworden van het in een houding zitten. Ik loop naar de keuken en zie dat de plastic tas gevuld met boodschappen nog steeds onaangeroerd tegen het keukenkastje aan staat. Ik besluit een salade te maken en een flinke thermoskan thee te zetten. Ik kan me herinneren dat deze kan ergens achterin een keukenkastje stond, maar vandaag heb ik hem nodig als ik naar Overijssel rijd.
Tijdens het maken van de salade heb ik de tijd om te overdenken wat ik zojuist allemaal heb gelezen. Het boek was inderdaad al wat ouder en beschrijft het waargebeurde verhaal van de auteur die vanaf het einde van de vijftiger jaren opeens geconfronteerd werd met zeer opmerkelijke gebeurtenissen.
Robert Monroe schrijft in zijn boek dat hij halverwege de veertig was toen hij ongewone fenomenen begon mee te maken tijdens het inslapen. Het maakte daarbij niet uit of hij een dutje deed op de bank of ’s avonds wilde gaan slapen. Tijdens het indommelen maakte hij regelmatig mee dat zijn lichaam heftig begon te schudden en er een oorverdovend lawaai ontstond om hem heen. Op deze moment bleek het onmogelijk voor hem om te bewegen, maar het meest opmerkelijke was dat hij tijdens deze gebeurtenissen zich plotseling tegen het plafond bevond en zijn eigen lichaam in bed of op de bank kon zien liggen. Terwijl zijn fysieke lichaam ogenschijnlijk rustig lag te slapen, was zijn bewustzijn klaarwakker en kon hij de meest geweldige reizen maken buiten zijn normale lichaam om. Hij noemde dit ‘buitenlichamelijke ervaringen’ .
Ik pak ondertussen een rode paprika om deze in kleine stukjes te snijden voor over de salade, terwijl ik herinneringen ophaal aan de vele nachtmerries die ik als kind had. Vanaf dat ik een jaar of drie was droomde ik regelmatig dat ik wakker werd van een heftig onweer wat zo intens was dat de keiharde storm het raam inkinkelde en de gordijnen liet opwaaien. De herrie van de storm was oorverdovend en het opzienbarende aan de situatie was altijd dat mijn bed en ikzelf zeer heftig schudde, maar dat ikzelf niet in staat was ook maar een vinger te bewegen. Het was voor mij als kind ongelooflijk angstwekkend, maar ik vraag me hier op dit moment af of dit misschien de voorbode was van wat een buitenlichamelijke ervaring zou worden. Monroe beschrijft het fenomeen slaapverlamming dat ontstaat als je lichaam in slaap is, maar je geest in een staat van alertheid verblijft. En in deze staat is het dus blijkbaar mogelijk om uit je lichaam te treden. Robert Monroe dacht zelf dat hij dood was toen hij zijn echte lichaam op het bed zag liggen. Want waarom zou je immers anders je lichaam verlaten? Wat hij in zijn boek prachtig en beeldend beschrijft is dat wij denken dat we ons fysieke lichaam zijn. Wij zijn ervan overtuigd dat die zak van vlees met botten en bloed hetgeen is wat we zijn. In werkelijkheid zijn er nog vele andere dimensies die wij niet kunnen waarnemen vanuit het stoffelijke lichaam, maar die er wel zijn. Hij noemt de dimensie waar we heen gaan als we buiten ons lichaam zijn de astrale wereld. En het lichaam waar we mee naar die astrale wereld reizen heeft hij het astrale lichaam genoemd. Monroe beschrijft in het gele boek veel van wat hij heeft meegemaakt tijdens deze astrale reizen.
Als door de bliksem getroffen blijf ik staan met het kleine keukenmesje in mijn hand als er plotseling de realisatie tot mij komt dat ik gisteravond ook ben gaan slapen en op een andere plek ben wakker geworden. Ik begin van opwinding sneller te ademen. “Zou het kunnen dat ik gisteravond uit mijn lichaam ben getreden en met dat astrale lichaam naar deze plek ben gereisd? Deze plek lijkt dan wel hartstikke echt, maar in wezen is het slechts een astrale manifestatie van wat ooit vroeger was. Daarom was er misschien ook die glitch in de werkelijkheid van daarstraks.” Ik staar een moment naar de berg rode paprika stukjes en laat dat dat idee weer varen. Ik weet gewoon zeker dat dit de realiteit is. Het is eenvoudigweg onmogelijk dat iets wat zo echt aanvoelt, niet echt zou zijn. Ik pak een pot mosterd die ik heb klaargezet, zodat ik met een likje mosterd de dressing op smaak kan brengen en lees het etiket. Probleemloos verschijnen alle letters in beeld in de juiste volgorde en vormen perfect logische zinnen. “Nee, dit is geen lucide droom, geen waan en geen astrale reis.” Ik schud mijn hoofd. “Deze realiteit is echt. Ik weet het zeker.”
Ik vervolg mijn werk en snijd de sla om vervolgens een eenvoudige dressing van olijfolie, balsamico azijn, mosterd zout en peper te maken en deze over de salade te sprenkelen. Ik maak alles af met geplette pistache nootjes en wat geraspte appel en loop met bord en al naar de eettafel. Onder het eten laat de gedachte aan het astrale avontuur me toch niet los. “Wat als ik vandaag nou eens zelf zou gaan proberen zo’n astrale reis te maken met de technieken die in het boek staan beschreven?” Ik rust mijn vork en mes even op de rand van het bord om dit idee tot me door te laten dringen. Het probleem is dat ik ook heel graag naar Overijsel wil en het is al half twee in de middag. Ik zal zo moeten vertrekken wil ik niet in de file terecht komen en daarnaast heb ik er geen idee van wanneer Jeroen thuis komt. Als ik wil oefenen met zo’n astrale reis, zal ik daar sowieso een uur of anderhalf voor willen uittrekken. “Het zou toch wat zijn”, mijmer ik verder. “Als het me lukt om zo’n astrale reis te maken en ik ook nog terug kan gaan naar mijn huidige jaar. Zou dit de oplossing zijn voor mijn probleem?” Ik zucht even tussen twee happen door en vraag het me af. Ik heb natuurlijk niet het hele boek gelezen, maar Robert Monroe rept met geen woord over tijdreizen via deze astrale methode. En ook al zou het me lukken om vooruit in de tijd te gaan, wie geeft me de garantie dat ik op de goede plek terugkom en niet ineens naar 2079 ga of weer in een parallel universum terecht kom?
En nu ik toch in piekermodus terecht gekomen ben, ga ik mezelf afvragen of ik überhaupt wel op zoek moet gaan naar Sasja aan de andere kant van het land. Hij is nu een puber van zestien jaar oud en ziet me al aankomen. Ik begrijp ook wel dat ik hem alleen wil zien, omdat ik de behoefte heb aan mijn geliefde, die ik mis en die me zo vertrouwd is. Aan de andere kant vermoed ik dat Sasja me wel zal geloven en me eventueel zou kunnen helpen met het oplossen van dit probleem. Ik voel intuïtief aan dat het de juiste keuze is om naar Overijssel af te reizen en besluit te gaan opruimen en inpakken.
Lees HIER het volgende deel >>>
Copyright © 2015 Tanja Ortmans
Disclaimer: Elke overeenkomst met bestaande personen -in leven of overleden-, gebeurtenissen, plaatsen of entiteiten berust op louter toeval. Alle personages, gebeurtenissen, plaatsen en entiteiten zijn fictief en verhouden zich op geen enkele manier tot een werkelijkheid van bestaande personen -in leven of overleden-, gebeurtenissen, plaatsen of entiteiten.
Photo credits: Creatice Commons image ‘Suspend’ by Brooke Shaden (Flickr) edited by Tanja