(Voor de continuïteit van deze Raw Food Challenge, zet ik de datum van deze blog op 19 juni, hoewel het in wezen 11 juli is als ik dit schrijf!)
Omdat we net een hittegolf achter de rug hebben in deze julimaand en ik samen met mijn kinderen de afgelopen week maar liefst VIJFTIEN (!!!) watermeloenen heb opgesmikkeld en watermeloenen niet alleen overheerlijk, dorstlessend en ontzettend gezond, maar ook geneeskrachtige eigenschappen hebben, wil ik het in deze blog van vandaag graag hebben over…. de watermeloen!
Wist je dat watermeloenen:
voor 97% uit water bestaan?
er jaarlijks zo’n 90 miljard kilo watermeloen wordt verkocht?
23.440 genen hebben?
pitten hebben die je prima rauw kunt doorslikken en dat Aziaten deze pitten roosteren, zouten en opeten als delicatesse?
ook in kubusvorm worden gekweekt door de Japanners, die makkelijker te vervoeren en te bergen is?
preventief werken tegen hart- en vaatziekten en het ontstaan van kanker tegengaan door onder andere ons immuunsysteem een boost te geven?
het hoogste gehalte lycopeen van alle rauw geconsumeerde vruchten bevatten? En dat dit lycopeen een antioxidant is die het risico op prostaatkanker zeer verkleind en de gezondheid van ons hart zeer ten goede komt? En dat lycopeen tevens een vet aborbeerder is die in het bloed aanwezige vetten afbreekt, zodat als je watermeloen eet met vet voedsel, het je helpt afvallen en maagklachten tegen gaat?
daarnaast de stoffen betacaroteen en citrilline bevatten? En dat eigenschappen van deze stoffen zijn dat ze de aderen tot rust brengen en een gunstig effect hebben op de gezondheid van het hart en de vaten?
arginine bevatten die de gezondheid van de lever bevorderen, de afbraak van ammoniak in ons lichaam bevorderen en een zeer gunstig effect hebben op ons immuunsysteem?
ervoor kunnen zorgen dat je duizelig wordt of een beetje misselijk na het eten van een flinke hoeveelheid? Vooral op de lege maag of als mono meal (Dan eet je tijdens een maaltijd maar een soort groente of fruit). Dit komt door de sterk ontgiftende werking van watermeloen. De watermeloen spoelt de gifstoffen letterlijk uit je systeem. En dat kun je even merken.
En tot slot de toptip:
Wist je dat watermeloen maar op 1 manier echt superhandig gesneden en gegeten kan worden? De eerste watermeloen van de vijftien at ik zo: Ik sneed hem doormidden en lepelde de watermeloen leeg. Heerlijk, maar wat een bende werd het ervan. Via mijn tweede zoon, leerde ik al snel hoe het WEL moet:
Je snijdt de watermeloen doormidden van punt tot punt
De watermeloen leg je met de snede helft op een bord of snijplank
Vervolgens maak je eerst verticale inkepingen met een mes van de ene naar de andere kant
En dan inkepingen van boven naar beneden
Hierdoor krijg je een raster, waar je de blokken watermeloen erg handig uit kan wegnemen en opeten. Wij vonden dit verreweg de meest handig manier van watermeloen snijden en eten!
Ik weet dat het vloeken in de échte veganistische keuken is: Vleesvervangers! Want alles wat iets van dieren bevat, zelfs het woord, is in het veganistische woordenboek al fout. Toen ik net begon met het raw vegan dieet in 2012 kreeg ik een stormloop van veganisten op mijn Facebook. En wat ben ik geschrokken! De haat en nijd tegen dierenmishandelingen die veel veganisten ten toon spreiden is misschien voor het goede doel, maar de manier waarop ze dit doen mist, in mijn optiek, zijn doel volledig. Mijn nieuwsoverzicht op Facebook stond ineens vol met mishandelde dieren en ellende. Nu weet ik toevallig dat er veel ellende is waar het om dieren gaat en ik ben ook van mening dat als je besluit vlees te blijven eten, dat je het beste eerlijk en biologische vlees van goed verzorgde dieren kan kopen. Ik koop af en toe vlees en vleeswaar voor mijn kinderen en dat is altijd biologisch. Soms is voor hun een tosti ham-kaas of een uitsmijter ham-kaas, een wrap met salami en kruidenkaas of een broodje boterhamworst gewoon een traktatie. En als je nu besluit om fabrieksvlees (van dieren die afgrijselijk behandeld worden als een fabrieksvoorwerp > in het Engels noemen ze dit factory farming) te blijven eten, wees dan in ieder geval zo eerlijk om te weten hoe het er aan toe gaat. Er zijn diverse vreselijke video’s op Youtube te vinden.
Maar even terug naar het onderwerp. Vleesvervangers. De meeste van ons zijn nu eenmaal opgegroeid met vlees. Ik ben als kind vele jaren vegetarisch geweest, omdat mijn moeder dit is en vegetarische kookboeken schreef en cursussen gaf als Antroposofisch voedingsdeskundige. En ik zal je zeggen dat ik het totale gebrek aan vlees niet fijn vond. En hoewel mijn moeder heerlijk kookte, miste ik het vlees echt. Als ik bij vriendinnetjes mocht eten, at ik bij de biefstuk of de gehaktbal mijn vingers bijna op. Het is vooral de vlezige textuur van vlees en het gevoel dat je écht iets eet, wat ik soms mis nu ik voornamelijk plantaardig door het leven ga.
Ik heb in ieder geval een oplossing gevonden voor mijn vleesbehoefte en die wil ik vandaag graag met jullie delen. Het is zo simpel dat ik er van moet lachen. Voorheen gebruikte ik gedroogde tomaatjes door bijvoorbeeld mijn salade om de ‘bite’ van vlees te krijgen. En dit heerlijke goedje gebruik ik om nu dit recept van vleesvervangers te maken. Ik heb het zelf ontdekt bij het maken van de pizza en heb het er in gehouden, omdat het zo lekker is. Ook om te snacken voor tussendoor als je even wat stevigers wilt eten. Waar heb ik het over?
Gedroogde en gemarineerde champignons!!!
Dit recept is zo bloedsimpel (oeps, sorry voor de ongemerkte woordspeling, no pun intended 😉 ). Hier komt ie!
Recept
Ik heb twee bakken van 400 gram champignons gekocht (Kastanjechampignons zijn nog lekkerder vind ik, maar gewone zijn ook heerlijk)
Daarnaast een potje gedroogde tomaten op olie
De tomaatjes heb ik fijngemaakt met de staafmixer en daar wat olijfolie bij gedaan
De champignons heb ik in plakjes van ongeveer 4 millimeter dik gesneden en in een kom gedaan
Het gedroogde tomatenmengsel heb ik in de kom bij de champignons gedaan en alles heel goed gemengd, zodat de champignons gemarineerd zijn.
Dit mengsel kun je desgewenst een aantal uur in de koelkast laten staan, zodat de marinade intrekt
Daarna heb ik de champignons uitgespreid op 4 drooglades van mijn droogoven. Dit kan ook op de allerlaagste stand van de oven met een pollepel tussen de deur. De champignons heb ik op 45 graden gedroogd gedurende twee keer 7 uur.
Het is belangrijk om niet alle champignons in de koelkast te bewaren, omdat ze niet lang houdbaar zijn. Ongeveer een week. Ik heb ze in pakketjes ingevroren en als ik wat nodig heb, haal ik het uit de vriezer en ontdooi ik het voor mijn gerecht.
Deze champignons zijn overheerlijk om gewoon als snack te eten, maar ook op de vega pizza en door een salade. Ook heb ik een gedroogde cracker belegd met mayonaise (zie link hieronder), alfalfa en champignons. Een hamburger! En ik heb gemerkt dat de gemarineerde champignons erg goed combineren met pijnboompitten en limoensap, bijvoorbeeld door de salade. Maar ook de zelfgemaakte mayo is overheerlijk bij de salade met gemarineerde champignons.
Ik wens je een smakelijk eten! Mocht jij nog andere variaties hebben op dit recept en de toepassing ervan; dan hoor ik het graag in de reactie hieronder!!
Afgelopen zondag was het tijd om met het hele gezin naar de Oosterse markt te gaan in Beverwijk. Deze is in tegenstelling tot de Zwarte markt volledig gratis toegankelijk. Als je binnenkomt, waan je je in het verre oosten. Stampvol mensen, heel veel voedsel, vers en bereid, schreeuwende markt kooplui, vreemde talen en allerlei bijzondere koopwaar. Ik ging er heen met maar 1 doel: Jonge thaise kokosnoot halen, want dat vind ik zo ongeveer het lekkerste op de wereld. Maar helaas voor mij: Geen jonge thaise kokosnoot te vinden. Helaas helaas. Gelukkig ben ik niet met lege handen thuisgekomen. Bij een kraam kocht ik een kilo rode paprika (omdat ik ook dol ben op paprika) en daar wist de vriendelijke (en zeer bekwame) Arabische marktkoopman mij nog twee courgettes en twee aubergines aan te smeren. Wat ik ermee wilde gaan doen, wist ik nog niet. Totdat ik thuis kwam.
Zoals je waarschijnlijk hebt gelezen, heb ik champignons gemarineerd en ‘geroosterd’ in de droogoven een aantal dagen terug voor mijn pizza-recept. Dit was mij zo enorm goed bevallen dat ik besloot het truckje nog een keer te herhalen, maar dan met deze gekochte groenten. En de zomer begint deze week en met het mooie weer start ook het BBQ seizoen. En BBQ-en kunnen wij Raw foodies ook hoor; met onze droogoven!
Recept:
2 courgettes
2 aubergines
2 rode paprika’s
1 pot gedroogde tomaten op olie
beetje olijfolie, koud geperst
desgewenst nog wat keukenkruiden, zoals tijm, rozemarijn, dille, verse basilicum of wat meer oosters getinte specerijen als kurkuma of rode peper
Bereiding:
Snijd alle groenten in plakjes en doe ze in diverse kommen. Pureer de tomaten met een staafmixer en voeg wat olie en desgewenst wat kruiden en/ of specerijen toe. Naar eigen smaak, dus vergeet niet te proeven 😉 .
Bedek vijf lades van de droogoven met de gemarineerde groenten (2 voor de courgettes, 2 voor de aubergines en 1 voor de paprika) Hiernaast kun je een foto zien van de gesneden en gemarineerde groenten in mijn drogoven
Droog ze 2 x 7 uur op 46 graden en keer ze op de helft van de tijd even om
Als ze klaar zijn, kun je de gemarineerde en geroosterde groenten ruim een week in de koelkast bewaren. Je kunt ze ook invriezen. Het is echter mijn ervaring dat de groenten het beste vers en knapperig uit de droogoven geserveerd kunnen worden, aan je gasten of over een rauwe pizza of salade. Combineert heerlijk met verse kruiden zoals geknipte basilicum blaadjes en pijnboompitten.
Zodra ik weer in de omhulling zit van mijn eigen auto, moet ik mijn best doen om de paniek die om het hoekje van mijn bewustzijn loert niet weer toe te laten slaan. De opsluiting in de rust en stilte van mijn auto op deze windstille ochtend dreigt mijn brein voor de zoveelste keer deze ochtend op tilt te zetten. En dit is juist het moment dat vraagt om mijn kalmte en beheersing, zodat ik een weloverwogen beslissing kan maken voor mijn acties de komende uren.
Als ik de Seat heb gestart, zie ik in mijn linkerooghoek wat bewegen en als ik kijk, merk ik Wander op die staat te zwaaien voor het raam. Ik glimlach en werp hem een kushandje toe. Hij reageert door zijn duimen omhoog te steken. “Alles komt goed”, lijkt zijn boodschap te zijn. Ik hoop het zo. “Dag Wander”, fluister ik geluidloos en voorzichtig rij ik achteruit vanuit de smalle oprit de Lagedijk op en zet de auto in de eerste versnelling.
Het is even over half acht en ik wil nu eerst naar mijn ouders toe in Wormer om ze te vertellen over de netelige aangelegenheid waarin ik terecht ben gekomen. Mijn ouders zijn rustige, wijze mensen die me altijd hebben bijgestaan in het leven, ongeacht de vreemde capriolen die ik regelmatig uithaalde. Hoewel ik altijd op ze heb kunnen bouwen, heb ik er echt geen idee van hoe ze zullen reageren op mijn verhaal. Voor hen ben ik immers hun oudste, zesentwintigjarige dochter die met haar vriend samenwoont in Koog aan de Zaan. Het feit dat ik nog voor achten in de morgen voor hun deur sta, zal waarschijnlijk wat opgetrokken wenkbrauwen opleveren, maar ik ben hoopvol dat ze naar me zullen luisteren. Het is een fijn idee om eerlijk te kunnen zijn over de ongeloofwaardige eerste uren van deze tot zover meest bizarre dag uit mijn leven. Ik merk dat ik behoefte heb aan een klankbord waar ik mijn verhaal tegen aan kan houden in de hoop dat er een mogelijkheid is tot sparren met de twee mensen die mij hebben opgevoed. Het enige wat ik wil is terug naar waar ik vandaan kom het liefst op een zo veilige manier, zodat zij ook in 2014 kunnen genieten van hun kleinkinderen.
Tijdens mijn rit langs de Zaanse huizen van een steeds lichter wordend oud-Zaandijk, komt de gedetailleerde onafwendbaarheid van mijn benarde toestand op mijn netvlies binnen. Wat ik zie is niet het jaar 2014 met de metallic glimmende auto’s, geproduceerd in nieuw design met vloeiende lijnen. Ik zie auto’s in de wat meer vierkante, negentiger jaren stijl. En ook de mensen die zich sporadisch over straat voortbewegen, te voet en met de fiets, hebben ouderwetse kapsels en dragen net iets minder strakke kleding dan wat ik gewend ben uit mijn eigen tijdperk.
Ter hoogte van de Provincialeweg bij Wormerveer moet ik even wachten voor het stoplicht en ik zie een vrouw van rond de veertig het voetpad oversteken met haar hondje. Haar jas is wijd en ook haar schoenen dragen de kenmerken van de negentiger jaren stijl. Net als de auto’s zijn ook de schoenen hoekiger. De vrouw met donkerblond stijl haar tot op haar schouders draagt een wijde jas tot op haar knieën en daaronder zijn haar strakke, glimmende paarse laarzen met blokhakken zichtbaar. Die blokhakken. “I love blokhakken”, mijmer ik in stilte. Zo lang als het maar fashionably verantwoord was, heb ik ook in de nieuwe eeuw vastgehouden aan mijn collectie laarzen met blokhakken. Totdat het echt niet meer kon en mensen me raar begonnen aan te staren als ik in mijn strakke, kniehoge laarzen over straat liep. De plotselinge gedachte dat ik ‘vooral niet moet vergeten een leuke set laarzen met blokhakken te kopen om als souvenir terug te nemen naar 2014’, is zo absurd dat ik hardop grinnik. Ik ben in 1999 teruggekomen met mijn jonge, rimpelloze zesentwintigjarige gezicht en het lijf van toen dat verslaafd is aan sigaretten, brood en duidelijk tien kilo zwaarder dan dat ik hoor te zijn. En dan zou ik even terug gebeamd kunnen worden naar het heden met hippe, glanzende bloklaarzen aan mijn voeten? “Give me a break”. Ik grinnik om mijn eigen idioterie en laat de koppeling glimlachend opkomen als het stoplicht op groen springt.
Onderweg naar Wormer begin ik het bijna leuk te vinden dat de weg mij leidt langs wegen en huizen die uit mijn herinnering weggelopen lijken te zijn. Alles is net als vroeger met wegen die nog niet vernieuwd zijn, lieve huisjes die op de plek staan van de grote, glimmende kantoorpanden uit het heden en bomen die groot en statig mogen staan zonder plaats te hoeven maken voor zogenaamd stedenbouwkundig verantwoord design. De ietwat rommeligheid en het knusse karakter van 1999 oogt vertrouwd en ik realiseer me dat het zo snel normaal is geworden dat al die gezelligheid uit het karakter van de straat verdwijnt door de hoogbouw-verslaving en bomenkap-lust van de Noord Hollandse gemeenten.
Als ik de Zaanbrug nader, zie ik ‘De Batavia’ al liggen. Het statige pakhuis met daarin een immer druk grand café gevestigd, waar ik blijkbaar gisteravond nog heb zitten borrelen, weerspiegelt in de Zaan. Als ik er langs rij, merk ik bij het binnentreden van mijn woonplaats onmiddellijk de verschillen op. Naast het feit dat de T-kruising ter hoogte van de afgesloten Nieuweweg er nog als vanouds bij ligt, kan ik in de verte zien dat de hele nieuwbouwwijk tussen de Nieuweweg en de Rouenweg braak ligt. Zou dat nog weiland zijn? Ondanks dat ik hou van groen, van ruimte van bomen en van de knusheid van het vroegere straatbeeld, bekruipt me langzaam een gevoel van verontrusting. Het is allemaal prachtig, maar het klopt voor geen meter. Ik heb nog liever honderdduizend kilo staal, beton en glas in mijn achtertuin dan al dit groen in deze vervlogen tijden. Ik wil naar huis. Ik wil terug naar waar ik vandaan kom.
Ik sla linksaf richting het appartementencomplex van mijn ouders en ik vind even later een parkeerplek vlakbij de ingang van de flat. Als ik mijn auto eenmaal goed recht in het parkeervak heb gezet, merk ik op dat ik al minstens twintig seconden niet heb geademd. Ik hap naar lucht en begrijp dat ik zo gespannen ben dat ik gewoon ben vergeten ademen te halen. “Ik ga mijn ouders zo zien. Vijftien jaar jonger. Wat zullen ze zeggen als ze me zien? Gaan ze mijn bizarre verhaal geloven? Kunnen ze me helpen?” Een wirwar van gedachten trekt langs mijn netvlies als witte wolkjes tegen een blauwe lucht op een zomerse dag.
Ik stap mijn Seat uit en loop naar de nette, glazen portiekdeur. Deze is gesloten en kan alleen van binnenuit geopend worden via de intercom. Ik zoek met mijn vingers langs de flatnummers het huisnummer van mijn ouders. 82, Ik heb hem gevonden. Net als mijn wijsvinger op de ronde, zilverkleurige bel wil drukken, valt mijn oog op het naambordje. T.P.R. De Vries. Dat is vreemd. Ik weet zeker dat hier altijd de naam Lievegoedt heeft gestaan. “Het zou natuurlijk kunnen”, redeneert mijn brein, “dat de eerste jaren na hun verhuizing het naambordje van de vorige bewoner er nog op heeft gezeten.” Maar een ander stemmetje weet te melden dat dat niets is voor mijn vader. De Directeur in ruste wil altijd alles gelijk goed geregeld hebben. “Onverwijld opgedweild”, zegt hij altijd en gooit er dan een brede glimlach tegen aan. Het gegeven dat er zelfs een dag na de verhuizing nog een naambordje van meneer De Vries zou hangen, zou een onacceptabel feit zijn. Mijn hartslag gaat omhoog. De gedachte dat mijn ouders hier niet wonen is te veel voor mij. Als zij er al niet wonen, nadat ik bij mijn zusje naast het net ving, wie is er dan wel nog op zijn plek? Ik moet het zeker weten en druk de kleine bel in. Het is immers 1999 en ze horen hier dan gewoon te wonen.
Na ongeveer een minuut hoor ik de mechanische klik van de intercom die laat weten dat aan de andere kant de telefoon wordt opgenomen. Mijn hart klopt ondertussen bijna uit mijn borst van ellende en ik sta met mijn voorhoofd tegen de intercom aangedrukt. “Pap, mam, wees alsjeblieft thuis”, fluister ik gespannen tegen het ding.
Disclaimer: Elke overeenkomst met bestaande personen -in leven of overleden-, gebeurtenissen, plaatsen of entiteiten berust op louter toeval. Alle personages, gebeurtenissen, plaatsen en entiteiten zijn fictief en verhouden zich op geen enkele manier tot een werkelijkheid van bestaande personen -in leven of overleden-, gebeurtenissen, plaatsen of entiteiten.
Nadat ik in de zomer van 2012 in aanraking kwam met deze lifestyle, struikelde ik al gauw over de Youtube video’s van Kristina, een stralende, vrolijke, kleurrijke en inspirerende vrouw die momenteel zo veel video’s online heeft staan dat je vast een jaar lang elke dag een van haar video’s kunt kijken. Boordevol geweldige recepten, tips, adviezen en vooral inspiratie. Want het volhouden van dit dieet kan regelmatig behoorlijk wat voeten in de aarde hebben.
Het is mijn ervaring dat een rauw en veganistisch dieet niet in een rechte lijn naar boven gaat, maar meer in een golvende lijn. Soms (misschien meer dan soms), kukel je terug in oude eetgewoontes of verlies je jezelf een keer of enkele dagen in pasta’s bologneses en patatjes met mayonaise.
DIT IS NIET ERG!
DIT IS NORMAAL!
MAAK JE NIET DRUK!
Geniet van je terugval en pak daarna je dieet weer op. Dat dat soms niet zo makkelijk is, heb ik het afgelopen jaar bewezen, waarin ik in september na een juice fast weer alles begon te eten wat God verboden had. En dat bleef doen tot vlak voordat ik deze Raw Vegan challenge startte.
Ik kan je niet alleen deze video van Kristina aanbevelen waarin ze uit de doeken doet hoe ze volledig is genezen van haar chronische ziekte door dit raw vegan dieet, maar ook haar andere video’s. Als ik een slechte dag heb, duik ik gelijk haar Youtube-kanaal in. Klik HIER voor de link.